Frankenstein is zo’n verhaal waarvan iedereen wel iets weet. Groot dom monster gemaakt van aan elkaar genaaide lichaamsdelen, veel onweer, een man die voor god speelt. Tegenwoordig weten de meeste mensen zelfs dat “Frankenstein” niet het monster, maar de maker van het monster is.
Voor mij was het beeld dat ik had van het verhaal geheel gebaseerd op allerlei willekeurige stukjes pop culture. Er zijn wel 1001 verschillende films en shows die de refereren naar Frankenstein. Scooby-Doo, SpongeBob, The Simpsons (natuurlijk), Frankenweenie en zelfs een Beatles film waarin Frankenstein verandert in John Lennon. Door deze flardes van afgeleiden aan elkaar te hechten had ik een beeld in mijn hoofd dat uiteindelijk even mismaakt bleek te zijn als het monster zelf. Ik ben blij dat ik nu het echte verhaal ken.
Ik kwam in de boekenwinkel deze uitgave van het originele verhaal tegen en: wow. De kaft van dit boek is gewoon prachtig, ik moest hem wel kopen. En ook Jekyll and Hyde uit dezelfde wereldklassiekers serie van Blossom Books (gelukkig waren dat de enige twee die ze hadden anders was ik zomaar honderd euro lichter geweest).
Frankenstein is uitgegeven door Blossom Books en is een bewerking door Maria Postema, met illustraties van Sophie Pluim.
Het boek behoort tot de serie Wereldklassiekers
Waar gaat Frankenstein over?
Frankenstein is geschreven in 1818 door Mary Shelley en werd uitgegeven toen ze pas twintig jaar oud was. Shelley heeft het geschreven in de stijl van de briefroman, de manier van schrijven die alle cool kids in die tijd gebruikten. Het is dus niet vreemd dat het verhaal begint bij de jonge noordpoolavonturier Robert Walton, die op het eerste gezicht niets te maken heeft met de in Genève woonachtige Victor Frankenstein.
Kapitein Walton weet niet helemaal wat hij wil in zijn leven. Hij is op zoek naar een vriend die hem begrijpt, maar wil ook grootse dingen bereiken. Een ontdekkingsreis naar de noordpool lijkt hem een prima compromis. Samen met een niet nader beschreven bemanning gaat Robert op reis. Walton heeft er veel zin in en het lijkt ze voor de wind te gaan, maar dan slaat het noodlot toe.
Hun schip komt vast te zitten tussen het ijs en ze kunnen niet meer verder. Maar ze zijn niet de enigen. In alle onwaarschijnlijkheid is de goede heer Frankenstein ook gestrand op de bevroren zee. De jonge Robert is geïntrigeerd door de verstekeling en raakt gedurende hun tijd tussen het ijs bevriend met Frankenstein. De dokter (is hij wel een dokter? Volgens mij is hij nog niet eens afgestudeerd) wilt eerst niets vertellen over “zijn verschrikkelijke lot” maar naarmate hij warmer loopt voor Robert begint hij te vertellen wat hem is overkomen. Dan begint het echte verhaal pas.
Want het ‘echte verhaal’ is dus echt flink anders dan wat ik via popculture had meegekregen. Wist je bijvoorbeeld dat het monster meer kan zeggen dan “HRRrrrrrggggg”? Hij heeft zelfs een heel uitgebreide woordenschat. Maar daar later meer over.
Victor Frankenstein is de zoon van een gegoede familie uit Genève. Hij raakt op jonge leeftijd geïnteresseerd in de natuurwetenschappen dankzij allerlei boeken over het levenselixer en de steen der wijzen. Dit zorgt ook voor een lichte obsessie met het leven waardoor hij later in de problemen zal komen.
Op een dag komt Victor’s moeder een arm meisje van Victor’s leeftijd tegen die ze meteen adopteert want ze is zo zielig. Vraagt ze aan vader Frankenstein of hij het wel oké vindt om nog een kind op te voeden? Nope. Gewoon hoppa, adopteren die handel. Elizabeth en Victor zijn vanaf die dag onafscheidelijk en iedereen neemt aan dat de twee (wanneer ze legal zijn) zullen trouwen. Ik weet niet hoe het zou zijn om met je adoptiezus te trouwen maar misschien was het wel heel normaal in die tijd.
Frankenstein gaat een paar jaar laten natuurwetenschappen studeren in Duitsland en daar blinkt hij uit in zijn vak. Zijn obsessie voor het geheim van het leven stuurt hem op een steeds duisterder wordend pad, maar uiteindelijk lukt het hem om het antwoord te ontcijferen. Als magnum opus wilt hij een mens creëren. Hiervoor gebruikt hij allerlei lichaamsdelen (die hij overigens niet uit willekeurige graven steelt) als grondstof. Voor zover ik het heb begrepen, naait hij ze niet letterlijk aan elkaar. Hij gebruikt ze eerder om bepaalde basismaterialen, zoals de pezen en spieren, te vergaren die hij in zijn creatie gebruikt.
Op een zekere avond besluit hij dat het zover is en wekt hij zijn creatie tot leven. Er komen geen bliksemstorm of elektroden in een nek aan te pas. Meteen zodra het monster zijn ogen opent beseft Frankenstein zich dat hij een verschrikkelijke fout heeft gemaakt. Tenminste dat denkt hij bij zichzelf, maar het ‘monster’ denkt daar heel anders over. Die is feitelijk net geboren en wordt door Frankenstein aan zijn lot overgelaten (want Frankenstein rent weg en verstopt zich een tijd lang).
Uiteindelijk wordt het monster daadwerkelijk boosaardig omdat de hele wereld hem verstoot. Hij houdt Frankenstein verantwoordelijk en besluit het leven van zijn maker te verminken net zoals Frankenstein zijn verminkte uiterlijk heeft veroorzaakt. Van het een komt het ander en uiteindelijk is Frankenstein op monsterjacht op de Noordpool.
Wat was goed aan Frankenstein?
Wat ik echt heerlijk vond aan Frankenstein was de haat die Frankenstein koesterde voor zijn creatie. Het klinkt heel naar en dat is het ook, maar Shelley heeft het gewoon zo goed beschreven. Het arme monster probeert met zoveel geduld en redelijkheid te vertellen aan Frankenstein dat hij geen monster is en dat hij gewoon een klein beetje liefde wilt hebben van de man die eigenlijk zijn vader is, en Frankenstein blijft maar verwijten naar zijn hoofd gooien. Echt top.
Het monster zelf is ook uitgediept. Het verhaal wordt voor een groot deel ook verteld uit het perspectief van het monster en dat is iets wat totaal niet wordt belicht in popculture. Wanneer het monster tot leven wordt gewekt, wordt hij eigenlijk ‘geboren’. Maar waar mensenkinderen de eerste paar jaar van hun leven de tijd hebben om aan hun zintuigen te wennen, komt het voor het monster allemaal in één klap binnen. Elk geluid is nieuw, elke geur is bijzonder en elk nieuwe ding dat hij ziet vervult hem met tranen van plezier. Het is echt zo goed beschreven.
Je voelt echt mee met alle dingen die het monster meemaakt en de pijn die hij voelt elke keer als hij verstoten wordt. Een jaar lang houdt hij zich verborgen bij een gezin (zonder hun medeweten) en hij leert iedereen in het gezin kennen en vormt met hen allemaal een hechte (eenzijdige) band. Ik ga niet verklappen wat er gebeurt, maar damn wat goed.
Wat kon er beter?
Naast Frankenstein en zijn monster is elk personage echt ongelofelijk suf beschreven. Echt alleen de noodzakelijke dingen worden gezegd, maar voor de rest worden het nooit echt mensen in je hoofd. Bijvoorbeeld Frankensteins jonge broertje William.
Je leert William kennen in een brief waarin iets staat als “Ja je kent je broertje William toch wel? Je allerfavorietste broertje die heel veel voor je betekent en waar het echt heel erg van zou zijn als hem iets zou overkomen? Ja die is weer wat groter geworden sinds je weg bent.” En letterlijk binnen twee pagina’s overkomt William dan iets en dat wordt weer in een brief vertelt. Ik voelde er nog minder voor dan ik voel voor biologisch-dynamische landbouw.
De andere karakters lijken ook gewoon zijn geschreven om hun rol te vervullen. De agent doet agentdingen, de rechter rechterdingen, de professor bestaat ook en je adoptiezus wil met je trouwen. Je zou kunnen argumenteren dat dit komt omdat het een briefroman is. Als er geen karakterbeschrijving is dan komt dat omdat de spreker binnen het verhaal gewoon niet boeit om andere personages. Dat is allemaal heel leuk en aardig, maar het maakt het verhaal wat die persoon vertelt wel slechter. Zoals de docent uit Rundfunk zou zeggen: “onvoldoende!”
Conclusie: Frankenstein moet het vooral van context hebben
Dat het verhaal van Victor Frankenstein een grote invloed heeft gehad op de moderne literatuur staat buiten kijf. De, voor die tijd, gevoelige en aangrijpende onderwerpen hebben geleid tot talloze herinterpretaties en afgeleiden.
Maar… Ik vind het verhaal nu, in vergelijking tot andere boeken, niet zo heel denderend. Er is tegenwoordig zo’n gigantisch aanbod aan boeken, vele die ik liever zou lezen dan Frankenstein. Ja ik ben blij dat ik eindelijk het origineel heb gelezen, maar dat komt vooral door de context waarin ik dat heb gedaan. Als Frankenstein nu pas zou uitkomen, dan zou ik het 3 sterren geven.
Eigenlijk is het beste aan dit boek de uitgave die ik hier heb liggen. Het is gewoon supermooi om naar te kijken en hij voelt ook lekker in de hand. 0.5 ster erbij en dus 3.5 sterren voor Frankenstein.