Als we denken aan eenhoorns, dan denken we over het algemeen aan mooie paarden met een hoorn. Mystieke, vredige wezens. Zeker geen monsters die niet schromen om vervelende mensen op hun hoorns te spiezen. Toch is dat wel de realiteit in Death of a Unicorn, waarin Jenna Ortega en Paul Rudd een vader-dochter duo spelen die moeten ontsnappen aan moordlustige eenhoorns. Het hele idee doet denken aan de verrassende Cocaine Bear uit 2023. Hoewel Death of a Unicorn wel leuke momenten heeft, weet het niet het niveau van eerdere horrorkomedies te evenaren.

Waar gaat Death of a Unicorn over?
Elliot (Rudd) en zijn dochter Ridley (Ortega) zijn op weg naar het huis van Elliots rijke en zieke baas Odell Leopold (Richard E. Grant). Onderweg naar het afgelegen landgoed rijdt Elliot een dier aan en dit blijkt een eenhoorn te zijn. Ridley voelt zich verbonden met de eenhoorn en als ze zijn hoorn aanraakt wordt ze meegenomen naar een kosmische plek. Deze vredige trance wordt echter bruut onderbroken als Elliot de eenhoorn dood knuppelt.
Eenmaal aangekomen bij de Odells wordt het duo begroet door Odells vrouw Belinda (Téa Leoni) en hun zoon Shep (Will Poulter). Als Elliot het goed speelt, dan kan hij de business deels overnemen als Odell overlijdt. Het rijke gezin komt echter al snel achter het eenhoorn geheim en de mysterieuze helende krachten. Ze zijn erop gebrand om een slaatje uit het mysterieuze wezen te slaan, maar dit loopt niet af zoals ze zouden hebben gehoopt.
Een parodie op de rijken
Net als vele andere moderne films, levert Death of a Unicorn een kritisch commentaar op het leven van de rijken. Het is een eat the rich-film maar dan met eenhoorns die geen regenbogen uitpoepen. Dat schrijver/regisseur Alex Scharfman zijn huiswerk heeft gedaan omtrent de mythologie rondom de eenhoorns is duidelijk. In de film wordt gebruik gemaakt van bestaande middeleeuwse wandtapijten waar een bloederige toevoeging aan is gedaan. Maar het idee blijft hetzelfde. Alleen een pure maagd kan de eenhoorns temmen en zij zullen op de schoot van de maagd in slaap vallen. Precies zoals de verhalen in folklore ook gaan.
Het is alleen jammer dat een uitstekende cast en mooie achtergrond het moeten doen met CGI die niet heel denderend is. De eenhoorns hebben een uniek ontwerp, maar het is overduidelijk dat ze nep zijn, wat soms storend is als je naar de film kijkt. Zo is er een moment waarop een onfortuinlijke bewaker een hoef op zijn hoofd gedrukt krijgt, maar de manier waarop zijn hoofd explodeert is eerder cartoonesk dan realistisch. Ondanks dat dit een horrorkomedie is zal dat niet de bedoeling zijn geweest.
De cast weet het verhaal wel goed te brengen. De Odells zijn stuk voor stuk overtuigend als geldwolven die niet weten hoe ze met het voetvolk om moeten gaan. Rudd doet het prima als vader wiens motivatie om geld te verdienen niet perse duidelijk is. Ortega is de enige die haar voeten op de grond houdt en zich realiseert dat er duistere dingen gaande zijn. Al wordt haar personage wel vaak aan de kant geschoven om de meer groteske personages meer ruimte te geven. Zo is er ook dienaar Griff (Anthony Carrigan) die eruit ziet alsof hij zo van de Wednesday set af komt gelopen.

Het verhaal mist iets
Natuurlijk verwacht je bij een horrorkomedie als deze niet een diepgaand verhaal. Op het einde wordt er wel een last-minute poging gedaan om er nog enige diepgang aan te geven, maar dat is natuurlijk maar schijn. We willen ingewanden zien vliegen natuurlijk! Maar toch mist Death of a Unicorn iets, waardoor het niet blijft plakken. Misschien is het de trage opbouw? Het feit dat de grappen in deze komedie voor hooguit een klein lachje zullen zorgen? De satire is niet subtiel genoeg en de film is over het algemeen te messy om echt voor een goede kijkervaring te zorgen.
Conclusie
Paul Rudd en Jenna Ortega weten Death of a Unicorn nog enigszins te redden, maar de bizar slechte visuele effecten en over-de-top satire zorgen voor een film die niet goed is, maar ook niet slecht genoeg voor een uiteindelijke cultstatus.