Het in 2014 verschenen Station Eleven van Emily St. John Mandel gaat over een dodelijk virus dat de mensheid bijna helemaal uitroeit. Inmiddels hebben we zelf een wereldwijde pandemie meegemaakt. Ondanks dat wij het er gelukkig beter vanaf hebben gebracht dan in Station Eleven, is dit boek soms pijnlijk herkenbaar en komen de thema’s des te harder binnen.
Waar gaat Station Eleven over?
Terwijl acteur Arthur Leander de rol van zijn leven speelt – King Lear uit het gelijknamige toneelstuk van Shakespeare – sterft hij op het podium aan een hartaanval. Diezelfde nacht landt het dodelijke Georgia-virus in het werelddeel van Noord Amerika. Dit virus kost 99,9% van de mensheid het leven en de samenleving stort volledig in. Geen internet, geen telefoon, geen elektriciteit, niet meer praten met mensen aan de andere kant van de wereld, geen televisie of videogames, niet meer reizen in het vliegtuig, geen ziekenhuizen die je leven zou kunnen redden als je een geïnfecteerde wond hebt.
Twintig jaar later trekt The Travelling Symphony rond door wat over is van Amerika. Ze reizen langs de kleine nederzettingen waar wat over is van de mensheid zich heeft verzameld. Ze spelen muziek en voeren toneelstukken van Shakespeare op. Dit is natuurlijk niet zonder gevaar, maar de acteurs en muzikanten vinden dit het waard. Zoals de tekst op hun caravaan luidt: because survival is insufficient.
Verschillende verhaallijnen
Station Eleven volgt verschillende personages voor, tijdens en na de uitbraak van het Georgia-virus. Het verhaal springt hiermee dus flink rond in de tijd, maar dit wordt nergens verwarrend. De draad die deze verhaallijnen verbindt is Arthur Leander. Op zijn manier had hij invloed op de levens van de verschillende personages – zelfs degenen die twintig jaar na de uitbraak nog overleven. De personages worden goed uitgewerkt, wat de kijk in hun leven en de dingen waarmee ze worstelen fascinerend maakt. Ook is het prachtig om te lezen wat de mensen ná de uitbraak proberen te behouden wanneer er zoveel verloren is gegaan. Zaken als de technologie en het gemak die we zo vanzelfsprekend vinden, maar ook zaken die het leven kleur geven zoals als kunst en connecties. De conclusie is dat er nog veel moois te vinden is in de wereld. Ook wanneer er veel verloren is gegaan.
Pijnlijk herkenbaar
De verhaallijnen die tijdens de uitbraak plaatsvinden zijn soms pijnlijk herkenbaar. Eerst was het virus een vage bedreiging ergens aan de andere kant van de wereld, dat de samenleving vervolgens overrompelde dankzij intercontinentale vluchten. De herkenbaarheid zit in de manier waarop de mensen reageren op het virus en de onzekerheid dat dit meebrengt. Het verlangen vast te willen houden aan het bekende, maar geen idee hebben of het bekende nog wel vanzelfsprekend is.
Melancholisch
De toon van Station Eleven melancholisch en ietwat nostalgisch. Dit is misschien niet wat je zou verwachten in post-apocalyptische fictie. Station Eleven gaat dan ook niet over een ruige overlevingstocht vol actie. De wereld is zeker gevaarlijk en gewelddadiger. De auteur staat echter liever stil bij zowel het verlangen naar de mogelijkheden van vroeger als de zaken die het waard zijn om te behouden. De personages reflecteren op hun levens en de keuzes die ze gemaakt hebben. Het is ontzettend mooi om er achter te komen wat voor effect deze keuzes hebben gehad op andere personages. De vaart van het boek kabbelt dan ook vooral een beetje voort, wat goed past het reflectieve uitgangspunt van het boek.
Dreiging met anticlimax
Ik moet mijn best doen om een minpunt te vinden, maar als ik één ding moet aanwijzen is dat het einde. In de verhaallijn van The Travelling Symphony bevindt zich een dreiging. De manier waarop dit uiteindelijk wordt afgehandeld is helaas een anticlimax. Aan de ene kant is dit wel in lijn met het thema van het boek, aan de andere kant blijf je toch met het gevoel achter dat hier iets meer in had gezeten. De dreiging is, in tegenstelling tot de andere personages, ook minder goed uitgewerkt.
Conclusie
Toch is dit een beetje muggenziften. Station Eleven is een post-apocalyptisch boek over wat het waard is om te behouden. Het gaat over een verlangen naar het verleden. Emily St. John Mandel weet deze thema’s op een prachtige en reflectieve manier neer te zetten. Verwacht je iets met actie, dan ben je bij Station Elven aan het verkeerde adres. Spreekt een meer personage-gedreven verhaal je aan, dan is Station Eleven het zeker waard om gelezen te hebben.