Weerwolvenfilms zijn er genoeg, maar de horrorproducties waarin een ‘gewone’ hond centraal staat zijn op een paar vingers te tellen. Sterker nog, mij schiet alleen The Hound of the Baskervilles (1939) te binnen, een avontuur van Sherlock Holmes waarin (spoiler alert) de betreffende hond een bovennatuurlijk monster blijkt te zijn. Of toch niet?
Debuterend regisseur Ben Leonberg voegt gelukkig een prima titel aan het hondenhorrorlandschap toe. De hond is dit keer niet het monster, maar de protagonist. Good Boy krijgt goede kritieken en gaat bij ons deze week in première. Leonberg filmde zijn eigen hond Indy drie jaar lang om alle acties, reacties en emoties van de trouwe viervoeter op camera vast te leggen en zo genoeg materiaal te verzamelen om in zijn griezelfilm te monteren. Indy is een rasechte acteur en de absolute blikvanger van de film.
Dat komt ook doordat de spaarzame menselijke personages vrijwel niet met hun gezicht in beeld komen. Baasje Todd staat altijd met zijn rug naar de camera, met zijn hoofd net buiten het frame, of in het halfduister. Het komt gimmicky over en heeft misschien niet helemaal het gewenste effect (het leidt namelijk behoorlijk af), maar het maakt wel duidelijk dat Good Boy, mocht de titel dat nog niet verraden, het verhaal van Indy is, niet van de tweevoeters om hem heen.

Waar gaat Good Boy over?
Dertiger Todd is net hersteld van een zware ziekte en besluit om samen met de hondstrouwe Indy in het huis van zijn overleden opa te gaan wonen. Opa is onder mysterieuze omstandigheden omgekomen en diens geliefde hond is nooit teruggevonden. Het huis ligt midden in een bos en is royaal voorzien van opgezette dieren en hertengeweien aan de muren. Dat is op zich al vrij macaber, maar wanneer Indy een bovennatuurlijke verschijning ziet wordt het helemaal eng.
Indy treedt in het vervolg van de film op als dappere beschermer van zijn baasje tegen de geestesentiteit. Hij waarschuwt Todd niet alleen voor naderend gevaar, maar ontrafelt op zijn geheel eigen wijze ook het mysterie van het bezeten huis. Er is namelijk een geheim dat van generatie op generatie overgaat.
Beestachtig leuk
Het uitgangspunt van Good Boy om het verhaal voornamelijk vanuit het perspectief van de hond te vertellen (inclusief zijn gedachten en dromen) is heel leuk gevonden, maar voelt ook als een gimmick. De focus op Indy verbloemt niet dat het verhaal dat zich om hem heen ontwikkelt flinterdun is. Een bezeten huis, een demon die het op de bewoners heeft voorzien en een vloek die meerdere generaties overbrugt zijn niets nieuws in horrorland en worden in Good Boy in hun meest basale vorm neergezet. Nee, narratieve originaliteit en diepgang zijn niet de sterkste punten van deze film.
Gelukkig duurt Good Boy precies lang (of eigenlijk kort) genoeg om de kijker toch prima te onderhouden: een hapklare 72 minuten. We brengen vijf kwartier met Indy door en dat is absoluut geen straf want dit hondje is een van de meest aaibare filmsterren van de afgelopen jaren waarin we het op dat gebied voornamelijk met Pedro Pascal moesten doen.

Conclusie
Als je eens iets nieuws aan je horrorervaring wilt toevoegen en/of van dappere honden houdt, dan is Good Boy zeker een aanrader. Deze film bevat zoveel originele elementen dat het ontbreken van een sterk achterliggend verhaal en de niet erg angstaanjagende antagonist de makers zijn vergeven. En natuurlijk maakt filmster Indy van deze eenvoudige, low budgetproductie een van de schattigste films van 2025!

